Rechtbank Gelderland oordeelt dat er ter zake van de aan- en verkoop van de motorboten sprake is van een bron van inkomen. Er is namelijk sprake van in het economisch verkeer verrichte arbeid, en er is voldaan aan het subjectieve en het objectieve winstoogmerk.

Belanghebbende, X, exploiteert in firmaverband een bakkerij. Uit een douaneonderzoek blijkt dat X in 2007 en 2008 een aantal motorboten heeft gekocht en verkocht. De inspecteur is van mening dat er ter zake van de transacties met de boten sprake is van een bron van inkomen, en legt een IB-navorderingsaanslag van € 114.347 op aan X. X stelt dat hij de boten slechts uit liefhebberij in de VS heeft gekocht. Na bezwaar vermindert de inspecteur de navorderingsaanslag naar € 51.491.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat er sprake is van een bron van inkomen. Volgens de rechtbank is er ten aanzien van de aan- en verkoop van de verschillende boten sprake van in het economisch verkeer verrichte arbeid. Verder is er volgens de rechtbank voldaan aan het subjectieve en het objectieve winstoogmerk, aangezien X er van op de hoogte was dat een kennis van hem de boten voor een te lage invoerwaarde had aangegeven. De rechtbank vermindert de navorderingsaanslag vervolgens nog wel naar € 49.737, omdat X de naheffingsaanslag douanerechten van € 1754 nog in aftrek mag brengen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.90

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 7 december

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen