Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de gemeente Schouwen-Duiveland X terecht een aanslag forensenbelasting heeft opgelegd. Het hof oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat zijn echtgenote hoofdverblijf houdt in Renesse. 

Belanghebbende, X, en zijn echtgenote zijn in algehele gemeenschap van goederen gehuwd. Zij hebben twee huizen waarvan één in Renesse in de gemeente Schouwen-Duiveland. De echtgenote heeft zich in Renesse laten inschrijven in de gemeentelijke basisadministratie. Deze gemeente legt X een aanslag forensenbelasting op. X stelt dat de aanslag onterecht is omdat zijn echtgenote de woning permanent bewoont en dus in de gemeente Schouwen-Duiveland haar hoofdverblijf heeft.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in navolging van Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat de gemeente Schouwen-Duiveland X terecht een aanslag forensenbelasting heeft opgelegd. Het hof oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat zijn echtgenote hoofdverblijf houdt in Renesse. Hoewel in beginsel op de heffingsambtenaar de bewijslast rust om aannemelijk te maken dat voldaan wordt aan de voorwaarden van het belastbare feit, brengt een redelijke verdeling van de bewijslast in dit geval een andere verdeling van die bewijslast mee, aldus het hof. Van de heffingsambtenaar kan niet worden verlangd om een negatief bewijs te leveren, namelijk dat de echtgenote van X geen hoofdverblijf in de gemeente Schouwen-Duiveland heeft. In het onderhavige geval is X de meest gerede partij om aannemelijk te maken dat zijn echtgenote in 2011 haar hoofdverblijf in Renesse heeft. Nu X hierin niet is geslaagd, is zijn hoger beroep ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 223

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 4 maart

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen