Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de ligging van een woning aan een sloot in plaats van een vaart niet een lagere WOZ-waarde tot gevolg heeft. 

X is eigenaar van een vrijstaande woning uit 2003 met aangebouwde garage en aangebouwde bijkeuken. In geschil is de WOZ-waarde van de woning voor belastingjaar 2011. De heffingsambtenaar van de gemeente Súdwest Fryslân verdedigt een WOZ-waarde van € 348.000.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de ligging van een woning aan een sloot in plaats van een vaart niet een lagere WOZ-waarde tot gevolg heeft. Het hof neemt daarbij in aanmerking dat de woning van X aan water is gelegen, dat nabij het perceel een boot kan worden afgemeerd, en dat per boot open vaarwater en de meren kunnen worden bereikt. Het hof is van oordeel dat de gemeente met de waardematrix en de toelichting daarop aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld. X heeft het tegendeel niet aannemelijk gemaakt. Het hof overweegt dat het de heffingsambtenaar vrijstaat om in de loop van de procedure de waarde anders te onderbouwen of toe te lichten dan hij in een eerdere fase heeft gedaan.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 4 maart

21

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen