Belanghebbende, X, is bestuurder van H bv. De aandelen van H bv zijn in handen van G nv, een naar Antilliaans recht opgerichte vennootschap. De naar Antilliaans recht opgerichte stichting E houdt de aandelen in G nv. X is in 2008 benoemd als enige beneficiary van E. E draagt eind december 2009 de aandelen G nv voor € 4,3 mln over aan X. In 2014 stelt de inspecteur, mede aan de hand van informatiebeschikkingen, diverse vragen aan X over E. In geschil is of de inspecteur de informatiebeschikkingen terecht heeft afgegeven, en of X aan zijn informatieplicht heeft voldaan. X is namelijk van mening dat de gevraagde informatie, stukken die direct betrekking hebben op de oprichting van E, en de dagelijkse bedrijfsvoering van E en G nv, niet bestaan.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat niet aannemelijk is, gezien de aard van de stukken, dat deze niet bestaan. De rechtbank overweegt daarbij dat de inspecteur er op wijst dat uit recente onderzoeken naar stichtingen particulier fonds naar voren komt dat deze stukken onderdeel uitmaken van de dossiers. Volgens de rechtbank maakt de inspecteur dan ook voldoende aannemelijk dat de gevraagde informatie naar verwachting bestaat. Dat de inspecteur de gevraagde informatie niet heeft verkregen van het Ministerie van Financiën op Curaçao, acht de rechtbank verder niet van belang. Volgens de rechtbank is X namelijk zelf verplicht om de gevraagde informatie te verstrekken. De rechtbank geeft X alsnog zes weken om de gevraagde informatie te verstrekken.
Lees ook het thema Informatiebeschikking: stand van zaken
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52a
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 14 december