Vanwege het overgangsrecht voor oudere motorrijtuigen van art. 84a van de wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 wordt het besluit bestuurlijke boeten Belastingdienst gewijzigd. Het betreft de uitbreiding van paragraaf 34 BBBB met een derde lid met een bijzondere regeling in verband met genoemd overgangsrecht voor oudere motorrijtuigen. Tevens is in deze paragraaf een redactionele wijziging aangebracht in lid 1.

Door de wijziging luidt het derde lid van paragraaf 34 verzuimboete overige naheffingen wet MB 1994 als volgt: als in strijd met art. 84a van de Wet MB 1994 (het overgangsrecht voor oudere motorrijtuigen) gebruik is gemaakt van de weg in de maanden januari, februari of december, bedraagt de verzuimboete, in afwijking van het tweede lid, 4% van het wettelijk maximum van art. 67c van de AWR.

Hiermee wordt voorzien dat aan iedere overtreder in beginsel dezelfde verzuimboete wordt opgelegd. Deze verzuimboete wordt gesteld op 4% van het wettelijk maximum van art. 67c van de AWR (2021: € 5514). Dit komt neer op een boete van € 220 (4% van € 5514).

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Wetsartikelen:

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 84a

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 22 december

42

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen