De werknemers van X bv volgen in de periode 2010 - 2013 een scholingstraject tot marketing medewerker. De medewerkers hebben hiervoor een schoolverklaring van F ontvangen. X bv claimt in haar LB-aangiften de afdrachtvermindering onderwijs. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur LB-naheffingsaanslagen op aan X bv. Volgens de inspecteur heeft X bv namelijk geen recht op de afdrachtvermindering onderwijs. Rechtbank Gelderland verwerpt de stelling van X bv dat de schoolverklaringen gelijkgesteld moeten worden met een (deel)certificaat waaruit blijkt dat de werknemers de opleiding hebben gevolgd. Zij kunnen namelijk niet gelijkgesteld worden met een certificaat of een diploma in de zin van de WEB. In hoger beroep voert X bv aan dat bij de uitvoering van de WVA sprake is geweest van niet gepubliceerd begunstigend beleid van de inspecteur.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur aannemelijk maakt dat geen sprake is geweest van begunstigend beleid. Dat iedere inhoudingsplichtige niet met dezelfde mate van indringendheid door de inspecteur wordt gecontroleerd, vloeit voort uit een in beginsel aan de inspecteur voorbehouden doelmatigheidsafweging bij de inzet van zijn beperkte controlecapaciteit. Het hof wijst er hierbij op dat (individueel) toezicht wordt gehouden op de naleving van formele en/of materiële voorwaarden verbonden aan de WVA. Voor de conclusie dat X bv intensiever dan andere inhoudingsplichtigen op formele of materiële voorwaarden is gecontroleerd, ontbreekt grond. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 14
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 22 juni