X is eigenaar van een winkelruimte en een kelderruimte die in gebruik is als fietsenstalling. Volgens X is de objectafbakening onjuist. De winkel en fietsenstalling vormen namelijk één WOZ-object. Ook is de WOZ-waarde te hoog, vanwege de coronamaatregelen in 2020.
Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de winkel en fietsenstalling geen samenstel vormen. De fietsenstalling wordt voor andere doeleinden gebruikt (afzonderlijk gebruik). Er is daarom terecht sprake van twee afzonderlijke WOZ-objecten. Omdat het gebruik anders is hanteert de gemeente terecht verschillende huurwaarden en kapitalisatiefactoren. Voor het belastingjaar 2020 is de waardepeildatum 1 januari 2019. Van covid-uitbraak en coronamaatregelen was op dat moment nog geen sprake. Coronamaatregelen hebben dus geen invloed op de WOZ-waardering 2020. Het beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Editie: 21 december