H bank nv treedt regelmatig als lessor op bij sale- and leasebackconstructies met betrekking tot vastgoed. In 2000 gaat de inspecteur akkoord met de gevolgen van deze constructie voor de overdrachtsbelasting: als de lessee gebruik maakt van de terugkoopoptie wordt teruggaaf van overdrachtsbelasting verleend. Op 2 april 2001 verkrijgt belanghebbende, X bv, een pand. Belanghebbende verhuurt dit pand aan Z bv, en verkoopt het vervolgens op 2 april 2001 weer aan H bank nv, en huurt het pand van H bank nv. In de huurovereenkomst die X bv en H bank nv afsluiten, is een ontbindende voorwaarde opgenomen in verband met een eventuele terugkoop. In 2011 maakt X bv gebruik van de terugkoopoptie. X bv is van mening dat er sprake is van een herstel in oude toestand zodat geen overdrachtsbelasting is verschuldigd.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat er geen sprake is van herstel in oude toestand, zodat de vrijstelling van overdrachtsbelasting niet van toepassing is. Het hof honoreert echter het beroep van X bv op het vertrouwen dat de inspecteur in 2000 heeft gewekt, door akkoord te gaan met de constructie die H bank nv hanteerde. Het hof verwerpt hierbij het standpunt van de inspecteur dat hij louter inlichtingen heeft verstrekt. Volgens het hof blijkt uit de brief namelijk dat vrijstelling van overdrachtsbelasting wordt gevraagd voor de specifiek in die brief geschetste gevallen, en is er sprake van een door X bv redelijkerwijs als een toezegging op te vatten uitlating. Het gelijk is aan X bv.
Wetsartikelen:
Wet op belastingen van rechtsverkeer 19
Wet op belastingen van rechtsverkeer 15