De Staatssecretaris van Financiën heeft de forfaitaire rendementen van de vermogensrendementsheffing 2019 en 2020 gewijzigd.
Eind februari 2020 zijn fouten ontdekt in de gemaakte berekeningen voor de jaarlijkse herijking van de forfaitaire rendementen van box 3. Door deze fouten zijn de forfaitaire rendementen voor sparen en beleggen voor de jaren 2019 en 2020 onjuist in de Wet inkomstenbelasting 2001 opgenomen. In een brief van 3 maart 2020 is de Tweede Kamer hierover geïnformeerd (V-N 2020/13.9). Nu worden met deze regeling voor de betreffende jaren alsnog de juiste rendementspercentages in de wet opgenomen.
Het forfaitaire rendement op sparen is in 2019 goed vastgesteld, maar in 2020 op 0,06% waar het 0,07% had moeten zijn. Voor 2019 is het forfaitaire rendement op beleggen vastgesteld op 5,60% waar het 5,59% had moeten zijn. In 2020 is het forfaitaire rendement op beleggen op 5,33% vastgesteld waar het 5,28% had moet zijn.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 8 april 2020 en werkt ten aanzien van het forfaitaire rendement voor 2019 terug tot en met 1 januari 2019 en voor het forfaitaire rendement voor 2020 terug tot en met 1 januari 2020.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 8 april
Focus: Focus
Carrousel: Carrousel