X brengt in zijn aangifte ib/pvv voor het jaar 2010 bedragen in aftrek aan specifieke zorgkosten en scholingsuitgaven. Bij het opleggen van de aanslag zijn deze aftrekposten niet geaccepteerd door de inspecteur. X komt in beroep. Rechtbank Den Haag stelt dat het op de weg van X ligt om aannemelijk te maken dat hij aan de voorwaarden voor de aftrek van specifieke zorgkosten en scholingsuitgaven voldoet. X is volgens de rechtbank niet in deze op hem rustende bewijslast geslaagd. Ten aanzien van de zorgkosten heeft X niet aannemelijk gemaakt dat de in aftrek gebrachte bedragen daadwerkelijk door hem zijn voldaan dan wel op hem drukten. Daarnaast is X er niet in geslaagd de medische noodzaak van de uitgaven aannemelijk te maken. Wat betreft de scholingsuitgaven heeft X niet aannemelijk gemaakt in redelijkheid te kunnen verwachten dat hij middels de gevolgde opleiding een beroep zou kunnen uitoefenen. Het beroep van X op het vertrouwensbeginsel faalt. Uit het feit dat de in aftrek gebrachte specifieke zorgkosten en scholingsuitgaven in een eerder jaar wel door de inspecteur zijn geaccepteerd kan X niet het in rechte te beschermen vertrouwen ontlenen dat die aftrek ook in volgende jaren zou worden geaccepteerd. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.27
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 28 juli