Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de enkele wijziging van het Besluit waardering woning bij overbrenging naar privévermogen geen bijzondere omstandigheid is op grond waarvan X de woning mag heretiketteren.

X exploiteert met haar echtgenoot een onderneming in de vorm van een maatschap en commanditaire vennootschap. Daarnaast bezit X een woning met ondergrond en tuin, die op 1 januari 2018 als haar (buitenvennootschappelijk) ondernemingsvermogen is geëtiketteerd. X stelt dat zij de woning naar privévermogen mag overbrengen omdat de wijziging van het Besluit waardering woning bij overbrenging naar privévermogen (V-N 2018/38.3) een omstandigheid vormt die een heretikettering rechtvaardigt.

In geschil is of X de woning kan overbrengen naar haar privévermogen en of zij daarbij een verlies kan nemen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de enkele wijziging van het Besluit waardering woning bij overbrenging naar privévermogen geen bijzondere omstandigheid is op grond waarvan X de woning mag heretiketteren. Uit de context van het besluit volgt namelijk dat er sprake moet zijn van een omstandigheid waardoor X destijds een andere keuze gemaakt zou hebben (zie HR 19 mei 1976, 17 775, BNB 1976/197 en HR 19 november 2004, 39840, V-N 2004/63.16). X heeft dit niet aannemelijk gemaakt. Het beroep is ongegrond. Wegens het overschrijden van de redelijke termijn krijgt X wel een immateriële schadevergoeding van € 500.

Lees ook het thema Fiscale aspecten vermogensetikettering.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.8

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Rubriek: Inkomstenbelasting

Editie: 9 januari

Informatiesoort: VN Vandaag

Focus: Focus

808

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen