Belanghebbende, X, heeft een omgevingsvergunning aangevraagd bij de gemeente. In geschil zijn de leges voor deze aanvraag. X stelt dat de leges in dit geval hoger zijn dan de kosten die de gemeente voor de aanvraag heeft gemaakt. Dit is in strijd met de Europese Dienstenrichtlijn.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X niet met een beroep op de Europese Dienstenrichtlijn de leges omgevingsvergunning kan bestrijden. Leges kunnen volgens de rechtbank niet worden aangemerkt als ‘belastingen’ in de zin van de Europese Dienstenrichtlijn. Verder oordeelt de rechtbank dat de aanvraag van een omgevingsvergunning door X (als dienstverlener) niet valt onder het begrip ‘vergunningstelsel’. Een beroep op art. 13 van de Europese Dienstenrichtlijn is dan niet mogelijk. Op de beslissing die de rechtbank in de tussenuitspraak heeft gegeven over schending van de opbrengstlimiet komt de rechtbank niet terug. Indien een oordeel in de tussenuitspraak zonder voorbehoud is gegeven kan daarop – als uitgangspunt – bij de einduitspraak niet worden teruggekomen, ook niet als er sprake is van een wijziging in de samenstelling van de zetel bij de einduitspraak ten opzichte van de tussenuitspraak. Het beroep van X is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 25 maart