In de jaren 2008 en 2009 zijn 38 werknemers van belanghebbende, X, ingeschreven voor de bacheloropleiding HBO Bedrijfskunde. Het opleidingsprogramma dat de werknemers volgden, was onderwijseenheid "geautomatiseerde informatievoorziening", een van de vier onderwijseenheden van de propedeutische fase. Na het opleidingsprogramma met een voldoende te hebben behaald ontvangt de desbetreffende werknemer een certificaat. X claimt in de aangiften loonheffingen over die jaren afdrachtvermindering onderwijs. In geschil is of de door X geclaimde afdrachtvermindering terecht door de inspecteur is gecorrigeerd middels naheffingsaanslagen loonheffingen. De vraag spitst zich toe of sprake is van een initiële opleiding in de zin van artikel 14 Wva.
Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant duidt het woord "initiële opleiding" op een volledige opleiding. De wetsgeschiedenis wijst niet in een andere richting en duidt er eerder op dat de wetgever wel aan een volledige opleiding heeft gedacht. De door X geclaimde afdrachtvermindering onderwijs is terecht door de inspecteur gecorrigeerd. Ook kan X, volgens de rechtbank, geen vertrouwen ontlenen aan het Handboek Loonheffingen 2008. De beroepen zijn daarom ongegrond. Het verzoek om immateriële schadevergoeding wordt wel door de rechtbank toegewezen. Dit vanwege de lange behandelingsduur van het bezwaar.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 14
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 21 april