Rechtbank Breda oordeelt dat de inspecteur er niet in slaagt aannemelijk te maken dat de aanmaning naar X bv is verstuurd.

Aan X bv is een verzuimboete van € 2460 opgelegd wegens het niet tijdig indienen van een VPB-aangifte. X bv stelt dat zij de herinnering aan- en de aanmaning tot het doen van aangifte nimmer heeft ontvangen. Volgens de inspecteur X bv blijkt uit een ambtsedige verklaring dat de aanmaning op 8 september 2010 is verzonden. X overlegt echter ook een ambtsedige verklaring. Hierin verklaart een andere ambtenaar dat de aanmaning is gedagtekend 13 september 2010 en op 1 september 2010 is verzonden. Rechtbank Breda oordeelt dat de inspecteur er niet in slaagt aannemelijk te maken dat de aanmaning naar X bv is verstuurd. In de ambtelijke verklaringen staan namelijk verschillende data van verzending; respectievelijk 1 september 2010 en 8 september 2010. Vanwege deze tegenstrijdigheid en een ontbrekende toelichting hiertoe is geen van beide ambtelijke verklaringen geloofwaardig. De boete kan dus niet in stand blijven. Het beroep van X bv is gegrond.

 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Vennootschapsbelasting

Instantie: Rechtbank Breda

Editie: 22 januari

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen