Belanghebbende, X, is eigenaar van een vrijstaande villa met inpandige garage, tuinhuis, ondergrond en tuin gelegen in de gemeente Capelle aan den IJssel. De woning uit 1997 heeft een inhoud van 837 m³. Rechtbank Rotterdam verlaagt in beroep de WOZ-waarde 2009 van de woning van € 919.000 naar € 860.309. De heffingsambtenaar van de gemeente stelt hoger beroep in.
Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de heffingsambtenaar er niet in is geslaagd aannemelijk te maken dat de WOZ-waarde van de woning € 919.000 moet bedragen. Het hof overweegt dat de waarde van de woning niet – zoals de heffingsambtenaar heeft gedaan – kan worden vastgesteld door de m³-prijs van een beduidend kleinere woning te extrapoleren naar de inhoud van de woning van X. Het hof acht aannemelijk dat ten aanzien van de woning sprake is van een afnemende meerwaarde per m³, althans dat naarmate de inhoud per m³ toeneemt de waarde in het economische verkeer per m³ afneemt door afnemend marginaal (woon)genot. De heffingsambtenaar heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij hiermee voldoende rekening heeft gehouden. De heffingsambtenaar heeft daarmee niet aannemelijk gemaakt dat de waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld. Het hof volgt de waarde die de rechtbank aan de woning heeft toegekend. Het hoger beroep is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof 's-Gravenhage