Belanghebbende, X, is een stichting die het eigendom en gebruik heeft van een multidisciplinair ziekenhuis gelegen in de gemeente Alphen aan den Rijn. X bepleit een lagere WOZ-waarde 2011 omdat in de door de gemeente gehanteerde herbouwwaarde ten onrechte vrijgestelde werktuigen zijn betrokken. De heffingsambtenaar neemt het standpunt in dat bij de waardering van het complex gebruik is gemaakt van de herbouwwaarde zoals deze voortvloeit uit de Taxatiewijzer en kengetallen deel 8 ziekenhuizen waarbij reeds rekening is gehouden met de procesgebonden installaties die onder de werktuigenvrijstelling vallen.

Rechtbank Den Haag volgt X in haar standpunt dat de gemeente in de WOZ-waardering geen rekening heeft gehouden met de werktuigenvrijstelling. De rechtbank overweegt dat in de Taxatiewijzer voor de onderhavige waardepeildatum niets is opgenomen over de werktuigenvrijstelling en dat de Taxatiewijzer 2012 geen antwoord geeft op de vraag welke werktuigen onder de vrijstelling vallen. X heeft aannemelijk gemaakt dat de heffingsambtenaar bij de bepaling van de kengetallen geen, althans onvoldoende, rekening heeft gehouden met de vrij te stellen werktuigen. X heeft immers zowel in bezwaar als in beroep gedetailleerde lijsten overgelegd met daarop de in het ziekenhuis aanwezige installaties en per installatie de vraag beantwoord of deze onder de vrijstellingsregeling valt. De heffingsambtenaar heeft de stellingen van X hierover enkel weersproken met een verwijzing naar de taxatiewijzer, waarin in zijn algemeenheid met de werktuigenvrijstelling rekening gehouden zou zijn. Gelet op het voorgaande verlaagt de rechtbank de WOZ-waarde van € 24,2 naar € 19,2 miljoen.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet waardering onroerende zaken 2-e

Wet waardering onroerende zaken 17