X stelt hoger beroep in tegen een uitspraak van Rechtbank Zutphen van 21 maart 2012. De derde enkelvoudige kamer van Hof Arnhem verklaart het hoger beroep in een vereenvoudigde procedure niet-ontvankelijk omdat X het griffierecht één dag te laat heeft betaald. De termijn eindigde op maandag 20 augustus 2012, het griffierecht is op dinsdag 21 augustus 2012 bijgeschreven op de rekening van het hof. X is het niet eens met de beslissing van het hof en doet verzet. X overlegt een print van internetbankieren waarop staat dat het bedrag van het griffierecht op vrijdag 17 augustus 2012 is afgeboekt van zijn rekeningnummer. X voert aan dat hij op grond van zijn ervaring met het binnen- en buitenlandse betalingsverkeer ervan mocht uitgaan dat het verschuldigde griffierecht uiterlijk na het weekend op maandag 20 augustus 2012 zou zijn bijgeboekt op de rekening van het hof.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X met zijn overschrijving van het griffierecht op vrijdag er niet vanuit mocht gaan dat de betaling op de maandag na het weekend op de rekening van het gerechtshof bijgeschreven zou zijn. Nu X zo kort vóór het verstrijken van de betalingstermijn het verschuldigde griffierecht naar het opgegeven rekeningnummer heeft overgemaakt, dient de te late betaling als gevolg van een trager betalingsverkeer dan waarmee hij rekening heeft gehouden, voor zijn risico te blijven, aldus het hof. X is terecht niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep. Het hof verklaart het verzet van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:41
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 11 april