Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat bij het bepalen van de kuubsprijs van een woning in een WOZ-zaak rekening moet worden gehouden met het afnemend grensnut.

X is het niet eens met de WOZ-waarde van zijn woning. Hij bepleit verlaging van € 221.000 naar € 196.000.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat bij het bepalen van de kuubsprijs van een woning in een WOZ-zaak rekening moet worden gehouden met het afnemend grensnut. In de onderhavige zaak hebben twee van de drie referentiewoningen een grotere inhoud dan de woning van X, de derde is iets kleiner. Om de kubieke meterprijs te kunnen vergelijken moet rekening worden gehouden met het afnemend grensnut. De waarde per kubieke meter daalt immers naarmate de inhoud van een woning groter is. De heffingsambtenaar heeft om de kubieke meterprijs te berekenen de inhoud van het vergelijkingsobject gedeeld door de inhoud van de woning. De uitkomst heeft hij vermenigvuldigd met de inhoud. De rechtbank oordeelt dat met deze berekening geen rekening wordt gehouden met de verschillen in inhoud. Door eerst te delen door de inhoud van de woning en vervolgens weer te vermenigvuldigen met de inhoud, vindt er feitelijk in het geheel geen correctie plaats. X heeft een berekening gemaakt met de wortelformule en waarin wel op een juiste wijze rekening wordt gehouden met het afnemend grensnut. De rechtbank verlaagt de waarde naar € 196.000.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 22 april

23

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen