X bv is het niet eens met de WOZ-waarde 2013 die de gemeente Groningen heeft vastgesteld voor haar winkelpand uit 1915. Zij bepleit verlaging van de waarde van € 4.100.000 naar € 3.200.000. De waarde is bepaald via de huurwaardekapitalisatiemethode.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar met zijn goed onderbouwde taxatierapport en de toelichting ter zitting aannemelijk heeft gemaakt dat de WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld. Het hof gaat voorbij aan de eigen jaarhuur aangezien dit een geïndexeerd huurcijfer betreft. De heffingsambtenaar heeft met actuele huurcijfers van goed vergelijkbare panden aannemelijk gemaakt dat de markthuur hoger ligt. Ook de kapitalisatiefactor van 17,1 heeft de gemeente onderbouwd met gerealiseerde marktgegevens. De grief van X bv dat de heffingsambtenaar geen rekening heeft gehouden met leegstand, heeft X bv bij de rechtbank ondubbelzinnig en onherroepelijk prijsgegeven zodat zij deze grief in hoger beroep niet opnieuw kan aanvoeren. Daarbij merkt het hof nog op dat de heffingsambtenaar geloofwaardig heeft verklaard dat op de peildatum geen sprake was van leegstand. Het hof verklaart het hoger beroep van X bv ongegrond en handhaaft de vastgestelde WOZ-waarde.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17