Belanghebbende, X, is eigenaar van een tenniscomplex, bestaande uit zes tennisbanen, een oefenkooi, een clubhuis, kleedruimte en een berging. Drie van de banen voldoen aan de normen van de KNLTB. X verschilt met de heffingsambtenaar van de gemeente van mening over de WOZ-waarde 2009 van de onroerende zaak. Niet in geschil is dat de waarde moet worden bepaald op de gecorrigeerde vervangingswaarde. Rechtbank Breda verklaart het beroep van X gegrond en verlaagt de WOZ-waarde van € 433.000 naar € 395.000. De heffingsambtenaar stelt hoger beroep in en overlegt een taxatierapport waarin een waarde van € 459.000 wordt genoemd. X stelt incidenteel hoger beroep in en bepleit, ook op basis van een taxatierapport, een waarde van € 379.000.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat beide taxatierapporten te kort schieten wat betreft de waardering van het clubhuis en besluit de WOZ-waarde in goede justitie vast te stellen op een bedrag van € 421.500. X stelt dat de aftrek wegens functionele veroudering moet worden verhoogd omdat 3 van de 6 tennisbanen uitsluitend met dispensatie van de KNLTB als wedstrijdbaan gebruikt mogen worden en er sprake is van een afnemend ledenbestand. Beide argumenten leiden naar het oordeel van het hof echter niet tot een lagere waarde. Het incidenteel hoger beroep van X is dan ook ongegrond. Het principale hoger beroep van de heffingsambtenaar is wel gegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch