Hof Amsterdam stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 750.000 nu zowel de heffingsambtenaar als X de door hen verdedigde waarden niet aannemelijk hebben gemaakt. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

Belanghebbende, X, is eigenaar van een vrijstaande bungalow uit 1965 met garage. De woning heeft een inhoud van 430 m³ en een perceeloppervlakte van 788 m². Rechtbank Amsterdam verlaagt in beroep de WOZ-waarde 2009 van € 872.000 naar € 837.880. In hoger beroep bepleit X een verdere verlaging van de WOZ-waarde tot € 675.000. De heffingsambtenaar van de gemeente Wijdemeren kan zich vinden in de waarde die de rechtbank heeft bepaald.

Hof Amsterdam (MK I, 22 december 2011, 10/00367) stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 750.000 nu zowel de heffingsambtenaar als X de door hen verdedigde waarden niet aannemelijk hebben gemaakt. Het hof acht twee van de drie vergelijkingswoningen die de gemeente hanteert, onvoldoende vergelijkbaar met de woning van X. Beide vergelijkingsobjecten zijn, anders dan de woning van X, niet gelegen aan een (drukke) in-/uitvalsweg en nabij een ophaalbrug. De derde woning heeft daarnaast een groter perceeloppervlak. De heffingsambtenaar heeft onvoldoende duidelijk gemaakt of en in hoeverre met deze verschillen rekening is gehouden. De referentiewoningen van X (neergelegd in een waardeverklaring van een makelaar/taxateur) zijn evenmin goed vergelijkbaar of te ver van de waardepeildatum van eigenaar verwisseld. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Hoge Raad

2

Gerelateerde artikelen