Hof Den Haag oordeelt dat de gemeenteraad niet de bevoegdheid heeft om de OZB-tarieven verder te differentiëren dan in de Gemeentewet is voorzien. De gemeente Bodegraven-Reeuwijk omzeilt de wettelijke regeling voor tariefdifferentiatie in de OZB met haar restitutieregeling.

Aan X bv wordt een OZB-aanslag voor niet-woningen opgelegd. Bij het vaststellen van het OZB-tarief voor niet-woningen heeft de gemeente Bodegraven-Reeuwijk rekening gehouden met het verlenen van een financiële bijdrage in de vorm van een subsidie aan het ondernemersfonds. Volgens X bv is de Verordening onverbindend.

Hof Den Haag oordeelt dat de gemeenteraad niet de bevoegdheid heeft om de OZB-tarieven verder te differentiëren dan in de Gemeentewet is voorzien. Het hof merkt ook op dat het niet is toegestaan om met een omweg algemeen verbindende voorschriften vast te stellen of andere besluiten te nemen die er (mede) op gericht zijn voorbij te gaan aan de wettelijke beperking van de bevoegdheid tot verdergaande differentiatie van de OZB-tarieven. Doel en strekking van de Gemeentewet zouden dan worden miskend als de gevolgen van het met een omweg voorbijgaan aan de beperking van de bevoegdheid tot verdergaande differentiatie van de OZB-tarieven in stand zouden worden gelaten. Het hof verwijst hierbij naar zijn uitspraak van 12 mei 2020, nr. 19/00294 en 19/00295 (V-N Vandaag 2020/1341). Volgens het hof omzeilt de gemeente Bodegraven-Reeuwijk de wettelijke regeling voor tariefdifferentiatie in de OZB met haar restitutieregeling. Het resultaat van de restitutieregeling, die buiten de OZB-verordening omgaat, is dat er per saldo voor zowel de OZB eigenarenbelasting als de gebruikersbelasting twee verschillende tarieven zijn ontstaan. Het gelijk is aan X bv.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 220a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 30 juli

12

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen