De Hoge Raad oordeelt dat het lage forfait van onderdeel B1 van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht in strijd is met het discriminatieverbod. De toe te passen waarde per procespunt is € 759, zoals deze ten tijde van het wijzen van dit arrest geldt.

X doet BPM-aangifte en voldoet deze op 28 juni 2017. De tenaamstelling vindt echter pas plaats op 7 november 2017. Volgens Hof Arnhem-Leeuwarden heeft X vanwege het tijdsverloop tussen de voldoening en de tenaamstelling recht op een extra leeftijdskorting van € 51. X krijgt een proceskostenvergoeding van € 2136 voor de zaak in eerste aanleg en het hoger beroep. Hierbij wordt het lage forfait van € 534 per procespunt toegepast. X stelt in cassatie dat dit lage forfait discriminerend is.

De Hoge Raad oordeelt dat het lage forfait van onderdeel B1 van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht in strijd is met het discriminatieverbod (zie HR 27 mei 2022, 21/02977, V-N 2022/24.13). Voor het beroep en het hoger beroep krijgt X dus een proceskostenvergoeding van in totaal € 3036. Hierbij is uitgegaan van de door het hof vastgestelde procespunten en de wegingsfactor 1. De waarde per punt is € 759, zoals deze ten tijde van het wijzen van dit arrest geldt. Het beroep van X is voor het overige ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 4:17

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hoge Raad

25

Gerelateerde artikelen