Belanghebbende, X, was tot begin 2008 voorzitter van C nv. Tevens was hij commissaris bij D nv en E bv. Vanaf begin 2008 is X in dienstbetrekking werkzaam als adviseur van de Raad van Bestuur van C nv. Naast deze, bezoldigde, functies bekleedde X ook al jarenlang onbezoldigde functies bij een aantal (sociaal-)culturele en charitatieve instellingen. Na zijn ontslag bij C nv breidt X het aantal bezoldigde en onbezoldigde functies uit. In 2008 brengt X € 29.149 aan kosten in aftrek op zijn winst. Van dit bedrag heeft € 6208 betrekking op reis- en verblijfkosten die hij heeft gemaakt in verband met de onbezoldigde functies. De inspecteur is van mening dat deze kosten niet aftrekbaar zijn. X stelt dat de onbezoldigde functies en de daaruit voortvloeiende contacten van groot belang zijn voor het verwerven van nieuwe bezoldigde functies.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de kosten voor de onbezoldigde functies niet aftrekbaar zijn. Volgens het hof maakt X niet aannemelijk dat de hoofdzakelijke grond voor het verrichten van de onbezoldigde functies een andere is dan zijn betrokkenheid bij de instellingen waarvoor hij die functies verricht. Verder merkt het hof op dat het accepteren van die functies en het uitvoeren daarvan op een andere wijze plaatsvindt dan past bij zijn maatschappelijke positie zoals die kan blijken uit de directiefunctie die X had bij C bv, de later door hem uitgeoefende functies en de uit zijn aangifte blijkende inkomens- en vermogenspositie. Verder acht het hof het aannemelijk dat bij het verzoek tot het vervullen van de onbezoldigde functies en het aanvaarden ervan overwegingen van persoonlijke aard overheersen. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.25
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 12 december