Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de legesvrijstelling voor zonnepanelen eveneens betrekking heeft op de kosten die worden gemaakt voor het plaatsen van die panelen.
Belanghebbende, X, vraagt bij de gemeente Groningen een omgevingsvergunning aan voor het plaatsen van zonnepanelen en een lichtkoepel. De heffingsambtenaar legt een legesaanslag op van € 327,60. In bezwaar past de heffingsambtenaar de legesvrijstelling toe voor het plaatsen van zonnepanelen en vermindert hij de aanslag naar € 108. X bepleit een verdere vermindering tot nihil. Ook de frames waarop de zonnepanelen worden geplaatst vallen volgens X onder de legesvrijstelling. De heffingsambtenaar is het daar niet mee eens. De bouwkosten voor het constructieve deel van de panelen behoren volgens de heffingsambtenaar wel tot de bouwkosten voor de berekening van de leges.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de legesvrijstelling voor zonnepanelen eveneens betrekking heeft op de kosten die worden gemaakt voor het plaatsen van die panelen. De vrijstelling geldt immers voor ‘het plaatsen van zonnepanelen’. De rechtbank vernietigt de legesaanslag. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 24 december