In het Publicatieblad van de Europese Unie is een wijziging van de moeder-dochterrichtlijn gepubliceerd. De voordelen van de huidige richtlijn mogen volgens de Raad van de Europese Unie namelijk niet leiden tot situaties waarin dubbele niet-heffing ontstaat, en waardoor onbedoelde belastingvoordelen worden gecreëerd voor groepen van moedermaatschappijen en dochterondernemingen uit verschillende lidstaten in vergelijking met groepen van ondernemingen uit eenzelfde lidstaat. 

Richtlijn 8 juli 2014, 2014/86/EU, Pb EU L 219/40  

Om dergelijke situaties van dubbele niet-heffing te vermijden dienen de lidstaat van de moedermaatschappij en de lidstaat van haar vaste inrichting het voordeel van de belastingvrijstelling, die wordt toegekend voor ontvangen winstuitkeringen aan die moedermaatschappij, te ontzeggen voor zover die winst aftrekbaar is bij de dochteronderneming van de moedermaatschappij. Daarnaast worden bepaalde Poolse en Roemeense ondernemingsvormen toegevoegd aan de lijst met vennootschappen waarvoor de richtlijn geldt.De wijzigingen zijn op 14 augustus 2014 in werking getreden. De lidstaten moeten de gewijzigde richtlijn uiterlijk op 31 december 2015 implementeren.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting

Regelgevende instantie: Europese Unie

Editie: 2 september

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen