Belanghebbende, X bv, neemt deel in een maatschap, die als doel heeft het geven van belastingadvies, het verzorgen van administraties en opstellen van jaarrekeningen. De maten mogen voor privégebruik opnamen uit de kas doen. Per 1 januari 2009 is het aandeel van X bv ingebracht in een dochter-bv. In geschil is of hierbij terecht de fors negatieve kapitaalrekening van een andere maat als waardedrukkend is aangemerkt. X bv stelt dat deze maat meermalen is gemaand tot aanzuivering. Volgens Rechtbank Gelderland kan geen minderwaarde in aanmerking worden genomen, aangezien het gestelde mondelinge manen niet nader is onderbouwd met schriftelijke bescheiden of andere objectieve aanknopingspunten. X bv gaat in hoger beroep.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat reeds op 1 januari 2009 vaststond dat aanzuivering van het negatieve kapitaal door de andere maat niet meer mogelijk was. Hiertoe wordt overwogen dat X bv vanwege het gewenste voortbestaan van de maatschap kennelijk jarenlang heeft berust in het ontstaan van het negatieve kapitaal. Het uitblijven van invorderingsmaatregelen wijst er verder op dat de verwachting bestond dat de maat uiteindelijk zou zorgdragen voor aanzuivering van het negatieve kapitaal. Het beroep van X bv is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.25
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 8
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 22 maart