Hof Leeuwarden oordeelt dat de gemeente bij de waardering van de woning van X onvoldoende rekening heeft gehouden met de kwaliteit en onderhoudstoestand van de woning.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een vrijstaande woning uit 1972 met garage en tuinhuis. De inhoud van de woning is ongeveer 598 m³ en de oppervlakte van het perceel ongeveer 2514 m² waarvan 1693 m² bosgrond. In geschil is de WOZ-waarde 2009 van de woning. Na ongegrondverklaring van zowel het bezwaar als het beroep, bepleit X in hoger beroep een verlaging van de waarde van € 366.000 naar € 350.000.

Hof Leeuwarden oordeelt dat de gemeente bij de waardering van de woning van X onvoldoende rekening heeft gehouden met de kwaliteit en onderhoudstoestand van de woning. X heeft geloofwaardig een groot aantal gebreken van de woning naar voren gebracht (onder andere scheuren, vochtproblemen, ontbreken van goede isolatie). Hoewel niet aannemelijk is dat de referentiewoningen hier eveneens last van hadden toen ze verkocht werden, heeft de gemeente met dit verschil geen rekening gehouden in de matrix, bijvoorbeeld door een lagere factor voor onderhoudstoestand en kwaliteit toe te passen. Ten onrechte heeft de gemeente ook geen rekening gehouden met de houtworm die binnenkort verwijderd moet worden. Conclusie is dat de gemeente de juistheid van de WOZ-waarde niet aannemelijk heeft gemaakt. X maakt echter evenmin aannemelijk dat de waarde € 350.000 moet zijn. Het hof stelt de WOZ-waarde daarom in goede justitie vast op € 360.000.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Leeuwarden

6

Gerelateerde artikelen