Hof Amsterdam oordeelt dat de naheffingsaanslag parkeerbelasting terecht is opgelegd. Volgens vaste rechtspraak is ook het kort stilstaan aan te merken als parkeren waarvoor parkeerbelasting is verschuldigd (o.a. Hof Amsterdam, 18/00245, V-N Vandaag 2019/1820).

Belanghebbende parkeert zijn auto op een parkeerplaats in Amsterdam, die is aangewezen als parkeerplaats voor betaald parkeren. Tijdens een controle door een scanauto is geconstateerd dat voor de auto geen parkeerbelasting is betaald. De heffingsambtenaar heeft daarom aan belanghebbende een naheffingsaanslag opgelegd. Volgens belanghebbende is dat onterecht, omdat de auto op het moment van controle niet geparkeerd stond maar even door hem aan de kant was gezet om de locatie te controleren en te bellen. Belanghebbende heeft later opnieuw in dezelfde straat geparkeerd en daarvoor wel parkeerbelasting betaald.

Hof Amsterdam oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. Volgens vaste rechtspraak is ook het kort stilstaan aan te merken als parkeren waarvoor parkeerbelasting is verschuldigd (o.a. Hof Amsterdam, 18/00245, V-N Vandaag 2019/1820). Het al dan niet bereikt hebben van een eindbestemming is daarbij niet relevant. Evenmin is relevant dat belanghebbende later opnieuw in dezelfde straat parkeerde en daarvoor wel parkeerbelasting heeft betaald. Het hoger beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 225

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 7 juni

18

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen