Belanghebbende, X bv, is eigenaar van 126 onroerende zaken in de gemeente Den Haag. X bv heeft voor de objecten in april 2015 een bedrag van € 66.000.000 exclusief overdrachtsbelasting betaald. In geschil zijn de WOZ-waarden 2015 en 2016 van de objecten. In bezwaar heeft de heffingsambtenaar de waarden verlaagd naar (opgeteld) € 60.121.000 respectievelijk € 60.667.000.
Rechtbank Den Haag oordeelt dat de overdrachtsbelasting, de courtage en de aankoopkosten geen onderdeel vormen van de waarde in het economische verkeer van bedrijfspanden als bedoeld in art. 17 lid 2 Wet WOZ. Bij het bepalen van de kapitalisatiefactor tellen deze kosten echter wel mee. De overdrachtsbelasting en andere met een aankoop gemoeide kosten maken namelijk onderdeel uit van de investeringen die de koper moet doen om een bepaald rendement te behalen. De heffingsambtenaar maakt niet inzichtelijk in hoeverre hij met dit onderscheid rekening heeft gehouden. De heffingsambtenaar heeft in bezwaar de waarden verlaagd, in de veronderstelling dat een compromis was bereikt. De rechtbank acht deze waarden niet te hoog. De beroepen van X bv zijn ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17