Eiser, X, is gebruiker van een pand op het bedrijventerrein Beverkoog te Alkmaar. De heffingsambtenaar legt aan X een aanslag reclamebelasting op over het jaar 2010. De opbrengst van de reclamebelasting komt ten goede aan Stichting Ondernemingsfonds Alkmaar.
Rechtbank Alkmaar acht de reclamebelasting voor het bedrijventerrein Beverkoog in Alkmaar in strijd met art. 227 van de Gemeentewet. De gemeente is vrij om de opbrengst van de reclamebelasting te gebruiken voor het voeden van een ondernemingsfonds. In zo'n geval is ook beperking van de reclamebelasting tot een bepaald gebied geoorloofd zolang degenen die profijt hebben van de opbrengst maar in de heffing worden betrokken (HR 11 november 2011, nr. 10/04446, V-N 2011/60.24). Uit de toelichting op de tarieventabel bij de verordening blijkt dat in dit geval 48% - bijna de helft - van de op de het desbetreffende bedrijventerrein gevestigde ondernemers niet wordt aangeslagen terwijl zij in gelijke mate profijt kunnen hebben van de besteding van de opbrengst van de heffing als de ondernemers die daarin wel zijn betrokken. Met een dergelijk hoog percentage van buiten de heffing blijvende, mogelijke "profijthebbers", kan volgens de rechtbank niet worden gezegd dat nog sprake is van een objectieve en redelijke rechtvaardiging voor de heffing in dat gebied. Dit betekent dat deze - tot de ondernemers op het betreffende bedrijventerrein beperkte - heffing van reclamebelasting in strijd is met art. 227 van de Gemeentewet. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond en herroept de aanslag reclamebelasting.