Endesa Generación SA en enkele andere Spaanse ondernemingen produceren elektriciteit, in het bijzonder uit kernenergie. Zij zijn het niet eens met de belasting op kernafval, omdat deze vorm van belastingheffing feitelijk neerkomt op een vorm van bijzondere belastingheffing bij producenten van kernenergie. Dit leidt volgens hen tot verstoring van de Spaanse elektriciteitsmarkt. Zij stellen daarbij dat de nationale wetgeving verplichtingen oplegt aan kernenergieproducenten die op de elektriciteitsmarkt actief zijn, en dat deze wetgeving daardoor binnen de werkingssfeer van EG-richtlijn 2009/72 kan vallen, die tot doel heeft gemeenschappelijke regels voor de elektriciteitsmarkt vast te stellen. De Spaanse rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Advocaat-generaal Hogan concludeert dat art. 3 lid 1 EG-richtlijn 2009/72 niet van toepassing is op de Spaanse belasting op kernafval. De A-G wijst er onder andere op dat deze richtlijn geen enkele regel op het gebied van belastingen kent. Volgens de A-G verzet deze bepaling zich dan ook niet tegen de Spaanse belasting op kernafval, omdat de situatie van ondernemingen die elektriciteit uit kernenergie produceren, uit het oogpunt van de milieubescherming en de veiligheid, niet vergelijkbaar is met die van andere elektriciteitsproducenten.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 191
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Milieuheffingen
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal)
Editie: 10 mei