De geheimhoudingskamer van Rechtbank Zeeland-West-Brabant wijst het verzoek van de inspecteur om geheimhouding van antwoorden van twee Roemeense overheidsinstanties op vragen van het Ministerie van Sociale Zaken af.

Belanghebbende, X, stelt beroep in bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant. De inspecteur wenst een aantal stukken integraal geheim te houden en een aantal stukken alleen in geschoonde vorm in te brengen. Hij beroept zich op art. 8:29 Awb.

De geheimhoudingskamer van Rechtbank Zeeland-West-Brabant wijst het verzoek van de inspecteur om geheimhouding van antwoorden van twee Roemeense overheidsinstanties op vragen van het Ministerie van Sociale Zaken af. Anders dan (kennelijk) de inspecteur is de rechtbank van oordeel dat de omstandigheid dat een gegevensuitwisseling op grond van de Richtlijn 2011116/EU plaatsvindt niet zonder meer, niet in zijn algemeenheid, reeds om die reden geheimhouding rechtvaardigt. De inspecteur heeft geen specifieke reden aangevoerd waarom in dit geval geheimhouding van alle niet-ingediende stukken gerechtvaardigd is. De algemene stelling dat openbaarmaking "schade [kan] toebrengen aan control technische belangen van staten" is onvoldoende. De rechtbank wijst het verzoek om geheimhouding wel toe voor privacygevoelige gegevens in een aantal andere stukken.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:42

Algemene wet bestuursrecht 8:29

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 19 maart

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen