Belanghebbende, X, vraagt op 16 december 2014 bij de gemeente Oldambt een omgevingsvergunning aan voor de bouw van een overdekte bazaar. In zijn aanvraag berekent X de bouwkosten op € 20.000.000 exclusief btw. B. en W. verleent de gevraagde vergunning, maar dit besluit wordt vernietigd door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De heffingsambtenaar legt aan X een aanslag leges op van € 412.828,80 gebaseerd op de door X opgegeven bouwkosten. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar van X ongegrond. B. en W. besluit echter de hardheidsclausule toe te passen en vermindert de aanslag naar € 50.000. Hierbij is aansluiting gezocht bij een bepaling uit de legesverordening 2018 op grond waarvan de leges worden gemaximeerd bij vernietiging van de vergunning door de Raad van State.
Rechtbank Noord-Nederland verklaart zich onbevoegd om het beroep van X tegen de vermindering van de leges door B. en W. te behandelen. Een besluit tot toepassing van de hardheidsclausule is niet vatbaar voor bezwaar en beroep. Het beroep van X tegen de uitspraak op bezwaar verklaart de rechtbank ongegrond. De bouwkosten zijn niet te hoog vastgesteld.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 63
Algemene wet inzake rijksbelastingen 26
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 24 december