Rechtbank Den Haag oordeelt dat de ontvanger X terecht aansprakelijk heeft gesteld voor de onbetaald gelaten naheffingsaanslagen loonheffingen. Er is sprake van kennelijk onbehoorlijk bestuur omdat B bv forse managementvergoedingen heeft betaald.

Y, de echtgenoot van belanghebbende, X, houdt de aandelen in A bv. A bv houdt de aandelen in B bv en C bv. X is bestuurder van A bv. De vennootschappen verrichten activiteiten in de bouwsector. In de periode 2014 - 2017 verkeren de vennootschappen in zwaar weer, maar worden steeds alle verplichtingen voldaan. Alleen de loonheffingen blijven onbetaald. X wordt aansprakelijk gesteld voor de door B bv onbetaald gelaten naheffingsaanslagen loonheffingen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de ontvanger X terecht aansprakelijk heeft gesteld voor de onbetaald gelaten naheffingsaanslagen loonheffingen. Volgens de rechtbank is er namelijk sprake van kennelijk onbehoorlijk bestuur omdat B bv forse managementvergoedingen heeft betaald aan A bv. Verder is ook ruim € 1 mln overgemaakt van de bankrekening van B bv naar C bv en heeft C bv € 455.000 overgemaakt naar privérekeningen van X en haar echtgenoot. Tevens zijn van de rekening van C bv contante opnames gedaan. De rechtbank overweegt hierbij dat geen redelijk denkende bestuurder onder de omstandigheden waarin B bv opereerde zou instemmen met een managementvergoeding van € 160.000 per jaar. Ook zou een redelijk denkend bestuurder niet toestaan dat substantiële onttrekkingen zouden plaatsvinden ten gunste van X en haar echtgenoot. Het beroep is ongegrond.

Lees ook het thema Bestuurdersaansprakelijkheid: de gevolgen van kennelijk onbehoorlijk bestuur

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Invorderingswet 1990 36

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 13 mei

Uitsluiting Nieuwsbrief: Uitsluiting Nieuwsbrief

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen