X exploiteert een restaurant. Hij beschikt over een exploitatievergunning voor zijn horecabedrijf met een terras op gemeentegrond. Het terras is in totaal 160 m² groot. Het terras is gedeeltelijk gelegen op een plein voor het restaurant (125 m²) en gedeeltelijk onder de luifel tegen de gevel van het restaurant (25 m²). In geschil is de aanslag precariobelasting van € 5.120 die de gemeente aan X heeft opgelegd. De aanslag is gebaseerd op een terras van 160 m². X stelt dat hij voor de wintermaanden ontheffing moet krijgen van precario omdat het grootste gedeelte van het terras in de wintermaanden niet wordt gebruikt.Rechtbank Breda ziet geen reden om de aanslag precariobelasting te verminderen voor de wintermaanden waarin het terras nauwelijks wordt gebruikt. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat de aan X verleende terrasvergunning niet seizoensgebonden is doch voor het gehele jaar geldt, terwijl ter zitting is komen vast te staan dat in ieder geval een deel van het terras, namelijk het terras onder de luifel, ook het gehele jaar in gebruik is. De vraag of het grote terras al dan niet ook in de wintermaanden wordt gebruikt, kan dan in het midden blijven. Wat berteft de hoogte van de tarieven, oordeelt de rechtbank dat deze weliswaar fors zijn verhoogd, maar daarmee nog niet willekeurig of onredelijk zijn. Het beroep van X is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Breda
Editie: 3 oktober