Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het niet aannemelijk is dat A bv de vergoeding voor extraterritoriale kosten als eindheffingsbestanddeel heeft aangewezen. De wijze van inhouding berust volgens het hof op een bewuste keuze van A bv. De 30%-regeling is niet van toepassing.
A bv past in de periode 1 augustus 2014 - 31 augustus 2018 de 30%-regeling toe op het salaris van belanghebbende, X, en merkt daarbij de vergoeding van extraterritoriale kosten aan als eindheffingsbestanddeel. A bv wil de dienstbetrekking met X beëindigen. X hoeft vanaf 1 juli 2018 geen werkzaamheden meer te verrichten. In oktober 2018 sluiten X en A bv een vaststellingsovereenkomst. Vanaf september 2018 past A bv de 30%-regeling niet meer toe. X is het daar niet mee eens. Zij stelt dat de 30%-regeling is overeengekomen en dat A bv er dus niet voor kan kiezen om deze achterwege te laten. Rechtbank Den Haag oordeelt dat A bv de vergoeding, door toepassing van de 30%-regeling in de loonstroken achterwege te laten, niet heeft aangemerkt als eindheffingsbestanddeel. De loonaangifte is dan correct en het verschil van mening betreft een arbeidsrechtelijke discussie tussen X en A bv.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het niet aannemelijk is dat A bv de vergoeding voor extraterritoriale kosten als eindheffingsbestanddeel heeft aangewezen. Dat X in aanmerking komt voor toepassing van de 30%-regeling is niet van belang. De door de inspecteur daartoe afgegeven beschikking verplicht niet tot aanwijzing als eindheffingsbestanddeel. Het hof wijst er hierbij op dat in de VSO is opgenomen dat A bv van mening is dat de 30%-regeling vanaf september 2018 niet meer kan worden toegepast. De wijze van inhouding berust volgens het hof op een bewuste keuze van A bv. Het hof merkt verder nog op dat uit art. 10ec lid 1 Uitv. besl. LB 1965 volgt dat de 30%-regeling niet kan worden toegepast gedurende een periode van inactiviteit. Dat uit artikel 22a lid 3 letter a Wet LB 1964 volgt dat het gedurende de periode van inactiviteit genoten loon ook na augustus 2018 als loon uit tegenwoordige dienstbetrekking kwalificeert, is niet van belang. Het gelijk is aan de inspecteur.
Lees ook het thema De 30%-regeling
Wetsartikelen:
Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 10ec
Wet op de loonbelasting 1964 31
Wet op de loonbelasting 1964 31a
Wet op de loonbelasting 1964 22a