Belanghebbende, X, is eigenaar van een twee-onder-één-kapwoning met garage, berging en tuin. De woning heeft een inhoud van ongeveer 375 m³ en een perceelsoppervlakte van circa 391 m². In geschil is de WOZ-waarde 2010 van de woning die door de heffingambtenaar van de gemeente Stein is vastgesteld op een bedrag van € 202.000. X bepleit op basis van een eigen taxatierapport een waarde van € 170.000.
Hof 's-Hertogenbosch stelt de WOZ-waarde van de woning van X in goede justitie vast op € 180.000 nu beide partijen de door hen bepleite waarde niet aannemelijk maken. De matrices van de heffingsambtenaar geven volgens het hof onvoldoende weer of en zo ja, op welke wijze, rekening is gehouden met de verschillen tussen de woning van X en de referentiewoningen. Het rapport dat X heeft overgelegd is echter evenmin van voldoende kwaliteit omdat er twijfel bestaat over de juistheid van de in het rapport vermelde objectkenmerken. Nu het hoger beroep gegrond is, komt X in aanmerking van een proceskostenvergoeding van in totaal € 2075,25. Dat de gemachtigde van X vaker soortgelijke procedures voert en het opstellen van de gedingstukken volgens de heffingsambtenaar slechts bestaat uit knip- en plakwerk is voor het hof geen reden de wegingsfactor lager dan 1 vast te stellen.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch