Door het WOZ-proces te verbeteren, mogelijke aanpassingen in de wet- en regelgeving op het terrein van de WOZ en nader onderzoek te starten naar het oneigenlijk gebruik van procedures, moet het aantal procedures, veelal door ‘no cure, no pay’-bedrijven, worden teruggebracht. Dat schrijft staatssecretaris van Rij van Financiën aan de Tweede Kamer.

Hij informeert de Kamer over enkele van de genomen stappen na de kabinetsreactie op het rapport van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van 12 februari 2021 (V-N 2021/11.18).

In het WOZ-proces zijn drie verbeteringen mogelijk: burgers betrekken in de totstandkoming van de WOZ-waarde van woningen; informeel contact met burgers; en ondersteunen van gemeenten bij de afhandeling van bezwaren. Het kabinet heeft besloten tot nader onderzoek naar het oneigenlijk gebruik van procedures op een aantal bestuursrechtelijke terreinen. Met dit onderzoek wordt beoogd om inzicht te krijgen in concrete instrumenten in en/of mogelijke aanpassingen van het Besluit proceskosten bestuursrecht, om oneigenlijk gebruik van procedures te voorkomen. Na het Hoge Raad arrest van 27 mei 2022 (V-N 2022/24.13) moet het hogere proceskostentarief dat per 1 juli 2021 geldt in beroep en hoger beroep, ook voor WOZ- en BPM-zaken vergoed worden.

Het kabinet wil de onderzoeksresultaten van de Stichting NIVRE betrekken bij de verdere beleidsontwikkeling over de parallelimport in de BPM. NIVRE presenteert twee methodes waarmee de waardevermindering op gestandaardiseerde wijze kan worden bepaald. Lees verder ook het thema: Wetsvoorstel Belastingplan 2023 (36202).

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

[Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron] [Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

22

Gerelateerde artikelen