Volgens de Hoge Raad kan het verzoek om immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn ook voor het eerst in de verzetprocedure worden gedaan.

X dient een bezwaarschrift in tegen een door hem op aangifte voldaan bedrag aan belasting van personenauto's en motorrijwielen. Tegen de uitspraak van de inspecteur op dit bezwaar heeft X op 28 juni 2012 beroep ingesteld bij de rechtbank. Het beroepschrift bevatte niet de gronden van het beroep. Bij brief van 9 juli 2012 is X in de gelegenheid gesteld dit verzuim binnen twee weken na dagtekening van die brief te herstellen. X dient de gronden van het beroep niet binnen die termijn in. Op 25 september 2014 verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk omdat dit niet binnen de daartoe gestelde termijn is voorzien van gronden. X komt tegen die uitspraak in verzet. In de verzetprocedure verzoekt X tevens om een immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. Rechtbank Gelderland verklaart het verzet ongegrond, het beroep niet-ontvankelijk en wijst het verzoek van X om immateriële schadevergoeding af. X komt in cassatie.

De Hoge Raad refereert naar zijn arrest van 19 februari 2016, nr. 14/03907, V-N 2016/13.4 en A. Kan, Overzichtsarrest immateriële schadevergoeding, TaxVisions editie 26 februari 2016). Volgens de Hoge Raad kan ook nog in de verzetprocedure een verzoek om immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn worden gedaan. Er bestaat onvoldoende aanleiding om van deze regel af te wijken in gevallen waarin de redelijke termijn reeds was verstreken op het moment waarop de in verzet bestreden uitspraak werd gedaan. De rechtbank heeft dus ten onrechte geoordeeld dat X het verzoek om immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn had moeten doen voorafgaand aan de in artikel 8:54, lid 1, Awb bedoelde sluiting van het onderzoek. Het beroep in cassatie is gegrond. Volgt verwijzing naar Rechtbank Zeeland-West-Brabant voor de behandeling van het verzoek om immateriële schadevergoeding.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:54

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen, Belastingrecht algemeen

Instantie: Hoge Raad

Editie: 7 maart

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen