Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de registratie van de additionele activiteiten in de KvK in 2015 niet in de weg staat aan het opleggen van navorderingsaanslagen IB/PVV 2012 tot en met 2014. De raadplegingsplicht van de inspecteur gaat in beginsel niet verder dan de aangifte.

Belanghebbende, X, is sinds 24 augustus 2011 maat in een maatschap. In 2015 wijzigt zij een aantal zaken in de KvK, waaronder de uitbreiding van activiteiten en de toevoeging van een tweede handelsnaam. Volgens de inspecteur kwalificeert X uitsluitend als ondernemer voor de activiteiten in de maatschap en zijn de kosten die op de tweede handelsnaam zien niet aftrekbaar. In geschil is onder andere of de inspecteur beschikt over een nieuw feit voor het opleggen van de navorderingsaanslagen IB/PVV 2012, 2013 en 2014.

De rechtbank oordeelt dat uit de aangiften IB/PVV 2012 tot en met 2014 niet viel op te maken dat ook verliezen uit een tweede onderneming waren opgenomen. Daarnaast gaat de raadplegingsplicht van de inspecteur in beginsel niet verder dan de aangifte. De registratie van de additionele activiteiten in de KvK in 2015 staat niet in de weg aan het opleggen van desbetreffende navorderingsaanslagen. De beroepen van belanghebbende zijn ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Noord-Holland

Editie: 9 maart

20

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen