Rechtbank 's-Gravenhage overweegt dat de Woz-taxateur niet volledig onafhankelijk van de heffingsambtenaar hoeft te zijn.

Belanghebbende, X, is eigenaar van een woning. X krijgt met betrekking tot de woning een Woz-beschikking opgelegd waarin de waarde voor het kalenderjaar 2010 is vastgesteld op € 897 000. Bij uitspraak op bezwaar verlaagt de heffingsambtenaar de waarde van de woning tot € 842 000. X bepleit een waarde van € 760 151 en hij komt in beroep.

De rechtbank heeft geen reden om aan de bruikbaarheid van de taxatie van de heffingsambtenaar te twijfelen. Dat de taxateur bij de taxatie in de beroepsfase de waarde van de woning schat op het door de heffingsambtenaar vastgestelde bedrag, is niet uitzonderlijk. Het ten behoeve van de heffingsambtenaar opgestelde taxatierapport strekt ertoe te onderbouwen dat de door de heffingsambtenaar vastgestelde waarde niet te hoog is. In zoverre is het begrijpelijk dat de taxateur niet tot een hogere dan de vastgestelde waarde concludeert. X kan worden toegegeven dat het woordgebruik in het taxatierapport een nauwkeurigheid doet veronderstellen, die niet past bij een schatting van de waarde en de daaraan eigen schattingsmarges. Beter zou zijn geweest indien in het taxatierapport tot uitdrukking was gebracht dat de waarde van de woning volgens de taxateur niet lager is dan het (uiteindelijk) vastgestelde bedrag. Dit laatste heeft de taxateur volgens de rechtbank voldoende onderbouwd. Ten overvloede merkt de rechtbank op dat niet is vereist dat de waarde van de woning wordt bepaald door een volledig onafhankelijk van de heffingsambtenaar opererende taxateur. De taxateur kan in dienstbetrekking tot de heffingsambtenaar staan of voor zijn inkomen (mede) afhankelijk van door de heffingsambtenaar aan hem verstrekte opdrachten zijn. De enige toetssteen van de door de heffingsambtenaar vastgestelde waarde is of deze, gelet op het bepaalde in -in dit geval- artikel 17, tweede lid, van de Wet WOZ, niet te hoog is. Het beroep is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken

Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage

48

Gerelateerde artikelen