X is eigenaar van een bovenwoning (recreatiewoning) in de gemeente Steenwijkerland. X is het niet eens met de WOZ-waarde 2019 van de woning. Rechtbank Overijssel verklaart zijn beroep ongegrond.
Hof Arnhem-Leeuwarden haalt in hoger beroep € 9.000 af van de WOZ-waarde van de recreatiewoning van X. De heffingsambtenaar heeft voor de woning van X een prijs van € 349 per m³ gehanteerd, maar maakt onvoldoende inzichtelijk hoe hij deze prijs heeft afgeleid van de referentiewoningen. Een van de referentiewoningen die op doelmatigheid en onderhoud hoger scoort, heeft een kuubsprijs van € 324. De heffingsambtenaar legt uit dat hij is uitgegaan van een gemiddelde kuubsprijs van alle referentiewoningen, maar daarmee heeft hij nog niet inzichtelijk gemaakt dat hij ook met de onderlinge verschillen tussen de woningen rekening heeft gehouden. Het hof verwerpt ook de taxatie van X en stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 110.000.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 22 december