Eiseres, X , is eigenaar en gebruiker van een pand bestaande uit een winkel met een oppervlakte van 30 m² op de begane grond en een (onzelfstandig) woongedeelte op de eerste en tweede verdieping met een oppervlak van 42 m². De heffingsambtenaar van de gemeente stelt de WOZ-waarde 2010 van het pand vast op € 211.000 en de heffingsgrondslag voor de gebruikersbelasting OZB op € 94.000.
Rechtbank Haarlem oordeelt dat het niet juist is voor een woonwinkelpand verschillende waarderingsmethoden toe te passen (HR 28 januari 2011, nr. 10/00648, V-N 2011/8.5). De gemeente heeft dit wel gedaan door voor het winkelgedeelte de huurwaardekapitalisatiemethode te hanteren en het woongedeelte te taxeren op basis van een verkoopprijs per m². Verder heeft X aannemelijk gemaakt dat de woningen waarmee de gemeente de waarde van het woongedeelte onderbouwt niet vergelijkbaar zijn omdat dit zelfstandige woningen zijn. X heeft op haar beurt echter de waarde van het woongedeelte evenmin aannemelijk kunnen maken. De rechtbank stelt de WOZ-waarde in goede justitie vast op € 190.000. Aangezien X de waarde van het winkelgedeelte niet bestrijdt, blijft de grondslag voor de gebruikersbelasting OZB in stand.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Haarlem