Belanghebbende, X, exploiteert een pedicurepraktijk. In 2005 verwerft zij hiermee een inkomen van € 7.111. Aangezien zij over de jaren daarna geen aangifte indient – ook niet na uitnodiging en aanmaning daartoe – legt de inspecteur ambtshalve aanslagen op over 2006 en 2007. De inspecteur gaat voor 2007 uit van een inkomen van € 15.000. Hij merkt de inkomsten daarbij aan als ROW. X is het niet eens met de hoogte van de inkomsten. Verder stelt zij dat er sprake is van winst uit onderneming.
Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de schatting van de inspecteur redelijk is. De rechtbank overweegt daarbij dat er in 2005 sprake was van een bron van inkomen en van inkomsten uit die bron. Verder merkt de rechtbank nog op dat het niet aannemelijk is dat er sprake zal zijn van een lager inkomen als de inkomsten als winst uit onderneming worden gekwalificeerd. Volgens de rechtbank heeft X namelijk – gezien de (geringe) omvang van de inkomsten – geen recht op de ondernemersfaciliteiten. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage
Editie: 24 januari