Bij de uitleg van een richtlijn hanteert het Hof van Justitie EU klassieke interpretatiemethoden: grammaticaal, systematisch of teleologisch, dan wel een combinatie daarvan.

Vanwege de wijze waarop richtlijnen tot stand komen is er nauwelijks ruimte voor een (wets)historische interpretatie. Bekend is dat van een grammaticale uitlegging kan worden afgeweken omdat in de Unie diverse talen worden gebruikt. Aangezien verschillende taalversies van een richtlijn gelijkelijk authentiek zijn, kan van een afwijkende taalversie worden afgeweken (vgl. HvJ EU 17 oktober 1996, C-283/94, ECLI:EU:C:1996:387 (Denkavit), V-N 1997/762, 25).

Een combinatie van interpretatiemethoden zien we terug in het arrest HvJ EU 26 oktober 2017, C-39/16, ECLI:EU:C:2017:813 (Argenta Spaarbank), V-N 2017/54.13. Daar overweegt het Hof van Justitie EU dat niet alleen rekening moet worden gehouden met de bewoordingen van de betreffende richtlijnbepaling, maar ook met de doelstellingen en de systematiek van deze richtlijn. Wanneer het Hof van Justitie EU in die zaak tot zijn uitlegging komt, overweegt het dat de grammaticale uitleg voorkeur verdient waar het overweegt dat een letterlijke uitlegging steun vindt in de opzet en het doel van de richtlijn.

In de recente conclusie van A-G HvJ EU Biondi van 13 februari 2025, C-685/23, ECLI:EU:C:2025:97 (Corner and Border), V-N 2025/9.11, staat de A-G HvJ EU stil bij de wijze van uitlegging van een richtlijn. Hij maakt de Europese Commissie zelfs een verwijt. Naar zijn mening is de Commissie te selectief geweest, omdat zij een – in feite – gedeeltelijke en selectieve analyse presenteert van de bewoordingen die in de verschillende taalversies van de betreffende richtlijn worden gebruikt. Een verwijt dat we overigens ook zien in fiscale staatssteunzaken waar het gaat om de (te) eenzijdige vaststelling van het referentiestelsel door de Commissie om de selectiviteit van een maatregel vast te stellen. De A-G HvJ EU betoogt – kort gezegd – dat de tekst van een richtlijn niet altijd heilig is. Omdat bij de uitlegging van een richtlijnbepaling niet alleen rekening moet worden gehouden met de bewoordingen ervan, maar ook met de context en de doeleinden die worden beoogd door de richtlijn waarvan zij deel uitmaakt, kan het resultaat van de uitlegging afwijken van een strikt grammaticale uitlegging. De A-G HvJ EU staat dan ook een ruime uitlegging van de betreffende richtlijnbepaling voor “die ook situaties omvat die daarin niet uitdrukkelijk zijn vermeld, maar er wel onlosmakelijk mee verbonden zijn”.

De les is dat niet steeds geleund kan worden op een tekstuele uitlegging van een richtlijnbepaling. Op basis van een analyse van de context en de doelstellingen van de richtlijn kan onder omstandigheden tot een andere conclusie worden gekomen. Dit past bij een juridisch instrument als een richtlijn. Een richtlijn is naar zijn aard een product van compromis. Als gevolg daarvan kan zij lacunes en vage bewoordingen bevatten. Het is dan ook niet vreemd dat een tekstuele uitlegging in voorkomende gevallen tot een niet afdoende resultaat van interpretatie leidt.

Kortom, de tekst van een richtlijn is niet altijd heilig.

Informatiesoort: Uitvergroot

Rubriek: Europees belastingrecht

Focus: Focus

878

Gerelateerde artikelen