De gemeente stelt bij beschikking van 29 februari 2012 de WOZ-waarde van de woning van X vast. X maakt bezwaar. Op 17 december 2012 is het bezwaar op een hoorzitting mondeling toegelicht. Op deze hoorzitting zijn tevens de bezwaren van de vierenzestig andere cliënten van de gemachtigde van X, adviseur A, toegelicht. Op 28 december 2012 doet de gemeente in één geschrift naast uitspraak op het bezwaar van X ook uitspraak op de bezwaren van de vierenzestig andere cliënten van A. Het bezwaar van X wordt gegrond verklaard en de waarde van de woning is verminderd. Door A is namens alle vijfenzestig belastingplichtigen, waaronder X, in een gezamenlijk geschrift beroep ingesteld. Gesteld wordt dat de gemeente ten onrechte de uitspraken op bezwaar van vijfenzestig belastingplichtigen in één geschrift heeft vervat. Rechtbank Den Haag overweegt dat het niet mogelijk is om op bezwaarschriften, die namens verschillende belastingplichtigen zijn ingediend, bij in één vervatte uitspraak op bezwaar te beslissen. Hieraan doet niet af dat alle belastingplichtigen dezelfde gemachtigde hebben. Het beroep van X is gegrond. Volgens de rechtbank is in beroep sprake van vijfenzestig samenhangende zaken. X heeft recht op 1/65 deel van de proceskostenvergoeding voor het beroep.
Wetsartikelen:
Besluit proceskosten bestuursrecht 3
Algemene wet inzake rijksbelastingen 25
Algemene wet inzake rijksbelastingen 24a
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingrecht algemeen
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 9 augustus