Staatssecretaris Snel van Financiën heeft een reactie gegeven op de vragen van Kamerlid Lodders (VVD) naar aanleiding van het bericht ‘Gaat de Belastingdienst te ver in data-speurtocht’.

De Belastingdienst beschikt over een specialistische afdeling, het Security Operations Center, voor de beveiliging van persoonsgegevens. Deze afdeling bewaakt permanent de autorisatie en het gebruik van de systemen van de Belastingdienst. Het is echter door geen enkele organisatie te garanderen dat persoonsgegevens voor 100% beveiligd zijn. Een toename van toegang tot gegevens binnen de Belastingdienst wil niet zeggen dat de Belastingdienst deze gegevens ook zelf opslaat. In sommige gevallen heeft de Belastingdienst alleen een inkijkfunctie.

Snel geeft aan dat de Belastingdienst gegevens gebruikt van burgers op grond van een wettelijke bepaling of als dit noodzakelijk is voor de uitvoering van haar taken. Het recht op privacy is een grondrecht en inmenging van enig openbaar gezag hierop is alleen toegestaan wanneer de inmenging is voorzien bij wet. In het geval van de Museumjaarkaart heeft de Belastingdienst verzocht om gegevens van één persoon bij een woonplaatsonderzoek. Het gaat hier niet om ‘het niet kunnen garanderen van privacy’ door de Museumjaarkaart, maar om een bij wet toegestane inmenging.

In het kader van het programma ‘verhuld vermogen’ van de Belastingdienst is een speciaal team ingericht dat zich volledig bezig houdt met de aanpak van complexe constructies en structuren op basis van de voorraad aan informatie en gegevens. In 2017 heeft de Belastingdienst ruim € 200 miljoen aan belastingaanslagen opgelegd met de detectie van verhuld vermogen. Hoeveel de extra investering van € 17 miljoen voor het voorkomen van belastingontduiking gaat opleveren, is zowel vooraf als achteraf moeilijk te duiden. Een zichtbare aanpak van verhuld vermogen heeft een preventieve werking en draagt bij aan de verbetering van de naleving.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingrecht algemeen

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 4 februari

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen