Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur niet onzorgvuldig heeft gehandeld door de hoogte van de tweede VA vast te stellen overeenkomstig de aangifte. Er is terecht belastingrente in rekening gebracht bij het opleggen van de derde VA.

Eind 2016 sluit de inspecteur een vaststellingsovereenkomst met erflater. Hierbij worden afspraken gemaakt over de afwikkeling van de vorderingen van Q bv op erflater. Een van de afspraken is dat deze deels zullen worden afgelost via een dividenduitkering van € 4 mln en dat erflater hierover € 450.000 aan IB zal betalen. X betaalt dit bedrag eind 2016. De inspecteur legt vervolgens een VA op (de eerste). In de IB-aangifte geeft erflater vervolgens een bedrag van € 450.000 als ab-inkomen aan in plaats van de overeengekomen € 1,8 mln. Aan erflater wordt vervolgens via een tweede VA een teruggaaf van € 446.243 verleend. Na contact met de inspecteur dient erflater een verbeterde aangifte in met een te betalen bedrag van € 453.757. De inspecteur legt vervolgens een derde VA op en berekent daarbij € 14.850 aan belastingrente. Erflater is het niet eens met de in rekening gebrachte belastingrente.

Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur niet onzorgvuldig heeft gehandeld door de hoogte van de tweede VA (geautomatiseerd) vast te stellen overeenkomstig de aangifte. Er is terecht belastingrente in rekening gebracht bij het opleggen van de derde VA. Het hof overweegt daarbij dat door de teruggaaf van de tweede VA aan het licht kwam dat de eerste aangifte een onjuistheid bevatte. De belastingrente is dan ook verschuldigd doordat erflater een onjuiste aangifte heeft gedaan. Onder deze omstandigheden hoeft de inspecteur bij het opleggen van de tweede VA niet de gegevens van de ingediende aangifte te onderzoeken. Het hof verwerpt vervolgens nog enkele stellingen van X. Zo is het hof van mening dat niet ten onrechte belastingrente in rekening is gebracht over de periode dat het belastinggeld op de bankrekening van de Belastingdienst stond en heeft de inspecteur het zorgvuldigheidsbeginsel niet geschonden door niet de mogelijkheid te bieden om het bij de tweede VA uitbetaalde bedrag direct terug te storten. Het gelijk is aan de inspecteur.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 30fb

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 13 november

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen