Rechtbank Zeeland kent een integrale kostenvergoeding toe wegens verregaand onzorgvuldig handelen van de ontvanger.

Belanghebbende X is inlener van werknemers van OOD, gevestigd in Bulgarije. OOD ontvangt naheffingsaanslagen loonheffing (2012 en 2013), en betaalt deze niet tijdig. X wordt vervolgens als inlener aansprakelijk gesteld. X tekent bezwaar aan tegen de beschikking. De ontvanger vernietigt de beschikking omdat de verzending van de aanslagen niet bewezen kan worden. Op verzoek van X kent de ontvanger hem een (forfaitaire) kostenvergoeding toe. X wenst een integrale vergoeding en gaat in beroep.

Rechtbank Zeeland is van oordeel dat de beschikking ernstig onzorgvuldig is uitgebracht. De beschikking is mogelijk bij een betalingsgebrek van de belastingschuldige. Daarvoor is vereist dat de ontvanger de correcte verzending van de aanslagen bewijst. Dat lukt niet. Als uitgangspunt geldt een forfaitaire vergoeding. X heeft gezien de onzorgvuldigheid echter recht op een integrale vergoeding van de kosten in de bezwaarfase. Dat het bezwaarschrift niet specifiek een integrale vergoeding noemt is in dit geval niet relevant. Voor een integrale vergoeding van de kosten in beroep had dat wel specifiek aangegeven moeten zijn.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Invorderingswet 1990 49

Algemene wet bestuursrecht 7:15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 14 mei

8

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen